Nl/Cessna 172P: Difference between revisions

Jump to navigation Jump to search
Line 27: Line 27:
Het vliegtuig kan beschadigd raken door een aanrijding, crash, een harde landing of overbelasting tijdens de vlucht. Dit betekent dat het landingsgestel kan (af)breken of dat vleugels geplooid worden of afbreken. Voor startende piloten kan het aangeraden zijn om het schademodel uit te schakelen via het vliegtuigmenu. In hetzelfde menu kan je de opgelopen schade ook herstellen.  
Het vliegtuig kan beschadigd raken door een aanrijding, crash, een harde landing of overbelasting tijdens de vlucht. Dit betekent dat het landingsgestel kan (af)breken of dat vleugels geplooid worden of afbreken. Voor startende piloten kan het aangeraden zijn om het schademodel uit te schakelen via het vliegtuigmenu. In hetzelfde menu kan je de opgelopen schade ook herstellen.  


Afhankelijk van de binnen- en buitentemperaturen kunnen de ruiten aanvriezen of aandampen. De piloot moet dit zelf verhelpen door de cabineverwarming (cabin heat) en cabineverluchting (air levers) te gebruiken. Je vindt de aansturing hiervan rechts naast de flaps. Ook deze optie kan men uitschakelen door in het menu Cessna 172P door te klikken op "Vliegtuig opties". Het aanvriezen of aandampen van de ruiten gebeurt enkel als [[ALS|ALS]] gekozen wordt als renderer (vanaf FlightGear 3.5). In eerdere versies van FlightGear met ALS zullen de ruiten grijs worden.
De ramen kunnen nu mistig of ijzig worden, afhankelijk van de combinatie van binnen- en buitentemperatuur. De piloot moet dan de cabineverwarming (Cabin Heat) en cabineluchthendels (rechts van de kleppen) gebruiken om dit te verhelpen. Je vindt de aansturing hiervan rechts naast de flaps. Ook deze optie kan men uitschakelen door in het menu Cessna 172P door te klikken op "Vliegtuig opties". Het aanvriezen of aandampen van de ruiten gebeurt enkel als [[ALS|ALS]] gekozen wordt als renderer (vanaf FlightGear 3.5). In eerdere versies van FlightGear met ALS zullen de ruiten grijs worden.
Ook de FDM is sterk verbeterd. Het vliegtuig kan in een spin geraken in geval van een [https://nl.wikipedia.org/wiki/Overtrek asymetrische overtrek] (dit is vooral een gevaarlijke situatie wanneer men van het dwarswindbeen op final draait, wanneer het vliegtuig een lage snelheid heeft en op zich lage hoogte bevindt).
Ook de FDM is sterk verbeterd. Het vliegtuig kan in een spin geraken in geval van een [https://nl.wikipedia.org/wiki/Overtrek asymetrische overtrek] (dit is vooral een gevaarlijke situatie wanneer men van het dwarswindbeen op final draait, wanneer het vliegtuig een lage snelheid heeft en op een lage hoogte zit).
De FDM is aangepast om hydrodynamische effecten op te vangen tijdens het opstijgen en landen op water, de motor van 180pk werd expliciet voor deze bijkomende weerstand toegevoegd.
De FDM is aangepast om hydrodynamische effecten op te vangen tijdens het opstijgen en landen op water, de motor van 180pk werd expliciet voor deze bijkomende weerstand toegevoegd.
Er zijn verschillende uitvoeringen (En: Liveries) beschikbaar, sommige met hogere resolutie, die aangeduid worden met HD in het uitvoeringen menu.
Er zijn verschillende uitvoeringen (En: Liveries) beschikbaar, sommige met hogere resolutie, die aangeduid worden met HD in het uitvoeringen menu.
Line 34: Line 34:
Het vliegtuig heeft een simulatie van de [[Bendix/King_KAP140_Autopilot]].
Het vliegtuig heeft een simulatie van de [[Bendix/King_KAP140_Autopilot]].


Als de gebruiker ALS (Atmosphreric light scattering) heeft ingeschakeld in de Rendering Options, dan is het mogelijk om de zaklamp te activeren door op het menu "Cessna 172P" te klikken en "Zaklamp" te selecteren.Klik eenmaal voor de witte zaklamp,klik nogmaals voor de rode en klik nogmaals om de lamp uit te schakelen.  
Als de gebruiker ALS (Atmosphreric light scattering) heeft ingeschakeld in de Rendering Options, dan is het mogelijk om de zaklamp te activeren door op het menu "Cessna 172P" te klikken en "Zaklamp" te selecteren.Klik eenmaal voor de witte zaklamp, klik nogmaals voor de rode en klik nogmaals om de lamp uit te schakelen.  


De piloot kan de pre-flight checklist volledig uitvoeren: wielblokken plaatsen/verwijderen, de pitot-tube afdekken of vrijmaken, de kwaliteit van de olie checken of waterverontreiniging van de brandstof vaststellen. Deze laatste twee opties zijn standaard niet geactiveerd, maar kunnen ingeschakeld worden via het dialoogvenster "Vliegtuigopties".
De piloot kan de pre-flight checklist volledig uitvoeren: wielblokken plaatsen/verwijderen, de pitot-tube afdekken of vrijmaken, de kwaliteit van de olie checken of waterverontreiniging van de brandstof vaststellen. Deze laatste twee opties zijn standaard niet geactiveerd, maar kunnen ingeschakeld worden via het dialoogvenster "Vliegtuigopties".


Carburator icing is ook gemodelleerd. Als ijs binnendringt in de carburator zal er stroomverlies optreden. Door de carburatorverwarming (En: carburator heat) in te schekelen zal het ijs smelten. Als de motor begint te hoesten als carburatorverwarming ingeschakeld is, betekent dit dat ijs inderdaad in de carburator is geaccumuleerd en nu smelt. Om de hoest te verminderen tijdens het smeltproces kan men het mengsel "leanen". Dit betekent dat er extra lucht ingebracht wordt in het lucht-brandstof-mengsel in de motor, waardoor die minder kans loopt om te verstikken.
Carburator icing is ook gemodelleerd. Als ijs binnendringt in de carburator zal er stroomverlies optreden. Door de carburatorverwarming (En: carburator heat) in te schakelen zal het ijs smelten. Als de motor begint te hoesten als carburatorverwarming ingeschakeld is, betekent dit dat ijs inderdaad in de carburator is geaccumuleerd en nu smelt. Om de hoest te verminderen tijdens het smeltproces kan men het mengsel "leanen". Dit betekent dat er extra lucht ingebracht wordt in het lucht-brandstof-mengsel in de motor, waardoor die minder kans loopt om te verstikken.


Vanaf FlightGear versie 2016.3 kunnen bijkomende hulpmiddelen ingeschakeld worden in het dialoogvenster "grondapparatuur". Deze omvatten kegels onder de vleugels, een brandstofwagen, een grondvoedingseenheid en ladders. De grondvoedingseenheid kan gebruikt worden om de accu te herladen en de tankwagen kan gebruikt worden om het vliegtuig bij te tanken. Met de walker (wandelaar) kan men de ladder beklimmen door er naar toe te lopen, waardoor het gemakkelijker is om de tankdop te openen om te kunnen tanken.
Vanaf FlightGear versie 2016.3 kunnen bijkomende hulpmiddelen ingeschakeld worden in het dialoogvenster "grondapparatuur". Deze omvatten kegels onder de vleugels, een brandstofwagen, een grondvoedingseenheid en ladders. De grondvoedingseenheid kan gebruikt worden om de accu te herladen en de tankwagen kan gebruikt worden om het vliegtuig bij te tanken. Met de walker (wandelaar) kan men de ladder beklimmen door er naar toe te lopen, waardoor het gemakkelijker is om de tankdop te openen om te kunnen tanken.
539

edits

Navigation menu